dinsdag 16 augustus 2011

meisjes- en jongensklassen


Hét discussiepunt bij de start van het nieuwe schooljaar in krant (Trouw en Reformatorisch Dagblad), radio en straks waarschijnlijk op het NOS-journaal, is het punt van aparte lessen voor meisjes en jongens. Voorzitter Wim Kuiper van de Besturenraad (belangenbehartiger van de christelijke scholen) heeft de discussie deze week geopend met het opperen van aparte meisjes- en jongensklassen: “jongens lopen in hun hersenontwikkeling 2 jaar achter bij meiden, daar moet je rekening mee houden bij bijvoorbeeld de taallessen”. Het moet een oplossing bieden voor de hoge uitval van jongens, vooral binnen het VO. Heel interessant.
Een paar meningen op een rij:

  • Onderwijskundige Jaap Dronkers (Universiteit van Maastricht): een goed idee, je kan de didactiek aanpassen aan de specifieke eigenschappen (meisjes zelfstandig werken, jongens doen graag wedstrijdje)

  • Annemarie van Langen (onderzoeker ITS Nijmegen): het ligt meer aan de groepsdruk en verwachtingspatroon ‘meisjes mogen ijverig zijn’, jongens zeggen nu ‘school is not cool’

  • Onderwijskundige Paul Jungbluth (Universiteit Nijmegen): slecht idee, de verschillen zijn zo klein, terwijl de verschillen binnen de groepen groot zijn. De grote hoeveelheid vrouwelijke docenten is eerder debet aan schooluitval

  • Hoogleraar pedagogiek Louis Tavecchio (Universiteit van Amsterdam): geen gek idee. Meiden worden overschreeuwd door jongens. Jongens scoren door zich assertief op te stellen, en meisjes worden beloond omdat ze ijverig zijn. Misschien is er wel een overwaardering van eigenschappen waar vrouwen doorgaans beter in zijn.

Opvallend is wel dat de Nederlandse gewoonte om te determineren en alles in homogene groepen te willen plaatsen weer de kop op heeft gestoken. Ooit een homogene groep voor je neus gezien? Ooit een 4 havo-groep gehad die allemaal hetzelfde niveau hadden en hetzelfde wisten? Je weet zelf ook dat, voor jouw vak, er leerlingen van vmbo-niveau tussenzitten en leerlingen met vwo-capaciteiten. Kinderen die heel veel van het onderwerp weten en kinderen die bij de inleiding het al in Keulen horen donderen. Homogeniteit lijkt de oplossing voor fantasieloze docenten die in de illusie verkeren dat ze het op één en dezelfde manier kunnen aanpakken…en, als de leerling het dan niet kan, kunnen zeggen: ‘dan zit ie hier niet goed’.

Henno heeft op dit blog in april tot juni 2010 in 6 lessen (start les 1) uitgelegd hoe je de beste jongensdocent wordt. Leuk om die er weer eens bij te pakken in deze discussie.

Ps. Als je werkt op een school waar je aparte jongensaanpakken hebt ontwikkeld en het lijkt (of blijkt) te werken: neem dan contact op met Jannet Maréchal.

.

1 opmerking:

Anoniem zei

Ja ITS Nijgen had dan ook wel kunnen beschrijven dat dan de leerlingen op een jongensopleiding dan logischer wijs elkaars demotivatie elkaar versterken